Dinsdag – reisdag naar Andorra
In de nacht is er een strakke stralende sterren hemel te zien, de voorbode voor een onbewolkte dag in de ochtend? Jawel hoor een knal oranje zon laat zijn stralen over de Rhone vallen in de vroege ochtend. Wij pakken in, zetten de fietsen op het rek, kopen nog een baguet op de camping en gaan en route. De bestemming is een camping in Andorra la Vella, de hoofdstad van het bergstaatje Andorra, slechts 12 km lang, en in totaal 60.000 inwoners waarvan 20.000 in de hoofdstad. Van hieruit is het de bedoeling dat we wat bergwandelingen gaan doen. De snelweg is druk, eenmaal net voor Perpignan van de route peage af, rijden we het voorgebergte van de Franse Pyreneeën in en krijgen we prachtige doorkijkjes op besneeuwde pieken, uitgestrekte valleien, enorme wintersportplaatsen en dat allemaal hoog in de Pyreneeën. Nu lijken de wegen door de valleien en over de passen een soort van uitgestorven, slechts een enkele camper te zien, wat een verschil met het wintersportgebied in de Italiaanse Alpen waar we 2 jaar terug in dezelfde periode probeerden een plekje te krijgen, en dat toen niet lukte omdat er massa’s rondtrekkende camperaars en route waren.
Er is een heuse douane/grensovergang tussen Frankrijk en Andorra. Dit waarschijnlijk vanwege het ontbreken van belastingen in Andorra, waardoor heen en weer rijden tussen de goedkope benzine, genotmiddelen, kleding, parfums toch wel erg lucratief kan zijn voor frequent visitors. De bebouwing in Andorra is apart, het doet een beetje Oostblok achtig aan, in ieder geval die eerste wintersport plaatsen waar we langs kwamen toen we de pas la Case over waren, zien er zonder sneeuw domweg erg ongezellig uit.
Nu komen we uiteindelijk bij de hoofdstad aan een vreemde, met ongeïnspireerde appartementen complexen, volgepropte smalle vallei met door de stad heen een snelstromende rivier. Er loopt een hoofdweg door de vallei met rotondes waar zijstraten van afsplitsen naar de straten die iets dichter tegen de berghellingen aan liggen, er lijkt een soort beneden- en bovenstad. In de bovenstad bevindt zich het historische centrum met wat oude gebouwen en een kerk, en het gloednieuwe parlementsgebouw en in de beneden stad bevinden zich veel hotels langs de snelstromende waterpartij. De stad is helemaal vergeven van winkels, winkels en winkels, sjieke warenhuizen waar werkelijk alles te koop is wat je je maar kunt voorstellen en nog veel meer, veel merkspul van kleding, schoenen, tassen tot huishouden parfum, sportgear enz. Niet een winkel maar wel honderd parfumerieën, 100 sportzaken, 100 sigaretten zaken en enorm veel benzine pompen kortom een eldorado voor de westerling die geld heeft en houdt van merkspullen. Ik scan even wat producten parfum, en cremetjes, en dat is inderdaad indrukwekkend veel goedkoper (scheelt 50%). Maar goed nu ben ik nog niet in de verleiding om iets te kopen, misschien komt het nog. We zijn op zoek naar het toeristen bureau en vinden dat in de benedenstad in een fraai pand op een mooi plateau met uitkijk over de rivier. Een alleraardigste mevrouw laat ons op een kaart zien waar het wandelen te doen is en we krijgen alle boekjes gratis mee, nou zo aardig hebben we het in tijden niet mee gemaakt, en we worden er echt een flink stuk wijzer van… Dus gewapend met boekjes keren wij terug naar de bovenstad en gaan op een alleraardigst terrasje in een klein steegje net achter het gebouw van de consul van Andorra,( misschien wel het presidentiële werkverblijf?) dat we op de heenweg gezien hebben een biertje drinken en een hapje eten. Het smaakt helemaal prima en daarmee kunnen we camping waarts keren om aldaar het theetje en yogurt je te doen in de buitenlucht. We hebben gegeten we hebben een wandelroute voor de volgende dag uitgekozen, het is droog, het begint op vakantie te lijken. Ik schrijf de dag van ons af en dan is het klaar voor ons volgende bergwandelavontuur. De laatste keer wandelen in de Pyreneeën was 34 jaar geleden, met Steven als baby in de rugzak, we gaan het opnieuw beleven.